Downloads
Eiseres heeft niet binnen bekwame tijd geklaagd en kan haar vordering vergeten
Klager heeft vervolgens een klacht ingediend, die kan worden opgedeeld in de volgende onderdelen. - Klachtonderdeel 1: de notaris heeft nagelaten op partijen te wijzen op de onduidelijkheid toen de akte hem passeerde. Door dit niet te doen heeft de notaris niet onafhankelijk kunnen optreden en daardoor zijn zorgplicht verzaakt. - Klachtonderdeel 2: de notaris wilde niet schriftelijk vastleggen dat hij de bepaling als persoonlijk recht zag. Notarissen zijn gebonden aan tuchtrechtspraak met betrekking tot handelen of nalaten in strijd met bepalingen en wat van een behoorlijk notaris kan worden verwacht (artikel 93 lid 1 Wet op het notarisambt). Klachtonderdeel 1 Eerst zal de kamer beoordelen of klager in dit onderdeel ontvankelijk moet worden verklaard. Een belanghebbende kan zijn klacht indienen binnen drie jaar na de dag waarop het handelen of nalaten waar de klacht op ziet, hiervan kennis heeft genomen. Na verloop van drie haar wordt de klacht niet-ontvankelijk verklaard. Wanneer pas nadien bekend wordt net de feiten, verloopt de termijn een jaar na datum waarop de gevolgen redelijkerwijs als bekend geworden zijn aan te merken. Na de datum dat de akte de notaris heeft gepasseerd, is de termijn gaan lopen. De termijn van drie jaar is verstreken, waardoor onderdeel 1 niet-ontvankelijk zal worden verklaard. Klachtonderdeel 2 De notaris geeft aan dat het binnen het notariaat een ongeschreven regels is dat voorzichtig moet worden omgegaan met het geven van een uitleg van bepalingen in zijn “eigen akte”. Toch heeft hij aan klager een denkrichting geschetst door het noemen van het kettingbeding dat ontbrak. De kamer is van oordeel dat de notaris niet meer kon vertellen dan hij heeft gedaan. Ook heeft de notaris als extra handeling de heer A. benaderd om schriftelijk vast te leggen dat het om een persoonlijk recht gaat. Dat de heer A. hiertoe niet bereid was, kan niet aan de notaris worden verweten. Er is geen sprake van onzorgvuldigheid. Dit onderdeel wordt ongegrond verklaard.
De klacht valt uiteen in de volgende onderdelen: - Onderdeel 1: de notaris heeft geweigerd een urenspecificatie te overleggen. Hierdoor zijn klager zijn hij en de directe familie van klaagster onheus bejegend door het weigerachtige gedrag van de notaris op openheid van zaken te geven en het niet overleggen van een urenspecificatie. - Onderdeel 2: Klager wilde met de notaris schikken, maar volgens klager wordt hier ten onrechte geen gevolg aan te geven. Ontvankelijkheid van klager Eenieder die een enig redelijk belang heeft, kan een klacht indienen. Dit begrip heeft een ruime strekking. Het kan gaan om rechtstreekse belangen, maar ook indirecte of afgeleide belangen. Klager heeft bemoeienis gehad met de nalatenschap en de problematiek met de notaris. Klager dient ontvankelijk te worden verklaard. Klachtonderdeel 1 Het treft hier het verwijt dat de notaris weigert een urenspecificatie te overleggen, waartoe hij wel verplicht is. De notaris beroept zich op het ne bis in idem-beginsel. De kamer is van oordeel dat inderdaad sprake is van dezelfde gedraging en daarom klagers niet-ontvankelijk moeten worden verklaard. Klachtonderdeel 2 De notaris wenst niet te schikken nu hij het standpunt inneemt dat hij aan alle verplichtingen heeft voldaan. Ook heeft klager de notaris in een kwaad daglicht gesteld door een negatief artikel te laten plaatsen in verschillende dagbladen. De kamer vindt het begrijpelijk dat de notaris niet in overleg wil treden met klagers. Het weigeren valt niet tuchtrechtelijk te verwijten. De kamer heeft tevens de indruk dat het niet gaan op een open gesprek maar om alsnog een nadere specificatie van de declaratie te verkrijgen. Dit onderdeel word ongegrond verklaard.
- Onderdeel 1: notaris heeft vragen niet dan wel niet eenduidig beantwoord. Ook is niet juist geïnformeerd over de mogelijkheden tot executie van de woning. - Onderdeel 2: het advies van de notaris had moeten zijn niet over te gaan tot executie van de woning nu een veroordeling was uitgesproken en deze kosten ook waren betaald. - Onderdeel 3: Klager werd ervan beschuldigd dat hij op oneigenlijke wijze zijn vordering wilde innen. Notarissen zijn aan het tuchtrecht onderworpen (artikel 93 lid 1 Wna). Hier zal worden getoetst of het handelen of nalaten in strijd is met (wettelijke) bepalingen. Ook kan worden getoetst of voldoende zorg in acht is genomen voor de personen voor wie zij optreden en of zij hebben gehandeld als een behoorlijk beroepsbeoefenaar. Klachtonderdeel 1 De notaris heeft vragen niet dan wel niet eenduidig beantwoord. Ook is niet juist geïnformeerd over de mogelijkheden tot executie van de woning. Hierdoor zou de eenvoudige weg van parate executie en verhaal van de werkelijke incassokosten inclusief rente door de notaris geblokkeerd. Notaris stelt dat hij van klager nooit een opdracht heeft aanvaard betreffende advieswerkzaamheden. Op de verzoeken van klager is steeds algemeen geantwoord en is nooit geadviseerd over de haalbaarheid van de executie van de woning. Door niet dan wel onvolledig op de vragen van klager te antwoorden, heeft de notaris niet in voldoende mate aan zijn zorg- en informatieplicht voldaan. Dat klager de notaris geen opdracht heeft gegeven, doet hier niet aan af. Van een notaris mag verwacht worden dat hij vragen die aan hem worden gesteld beantwoord en indien dat niet wenselijk is dit kenbaar maakt aan de vraagsteller. De notaris heeft daadwerkelijk wel geadviseerd over de executie van de woning. Dit betekent niet dat de stelling van klager juist is. De notaris had klager erop dienen te wijzen dat een geldige titel vereist is om de executie van de woning op te starten en mevrouw A. in verzuim moest zijn met de voldoening van een vordering die klager op haar had. Dat de notaris de vragen van klager onvoldoende dan wel onjuist heeft beantwoord is naar het oordeel van de kamer tuchtrechtelijk verwijtbaar. Dit wordt gegrond verklaard. Klachtonderdeel 2 Dit onderdeel ziet op het geven van een onjuist advies. De notaris beroept zich op het ne bis in idem-beginsel, waarvoor hem een berisping is opgelegd. Het moet daarbij wel gaan om hetzelfde feit. Dat niet klager maar mevrouw A. een klachtprocedure tegen de notaris aanhangig heeft gemaakt, is niet relevant. Klager zal in dit klachtonderdeel niet-ontvankelijk worden verklaard. Klachtonderdeel 3 Dit onderdeel ziet op onjuiste dan wel onvoldoende informatie. Klager zou niet hebben laten weten dat er een vonnis was gesproken en dat de veroordeling was betaald. Klager vindt dat hij voldoende heeft geïnformeerd. Mevrouw L. de gemachtigde van mevrouw A. heeft onjuist en of onvoldoende geïnformeerd. Nu de notaris verantwoordelijk is voor de organisatie van zijn kantoor en de inzet van mevrouw L., kan hem hiervan een tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt. Dit klachtonderdeel is gegrond. De notaris krijgt een maatregel van waarschuwing opgelegd. De notaris heeft op de zitting aangegeven dat het niet zijn bedoeling is geweest en ook niet zijn verantwoordelijkheid wil ontlopen. Dit heeft meegewogen bij het vaststellen van een maatregel door de kamer.
Klachtonderdeel 1 (Ongegrond) Het handelen of nalaten van notarissen is zelfstandig aan het tuchtrecht onderworpen. De notaris draagt geen tuchtrechtelijke verantwoording voor een andere notaris. Omdat de notaris niet betrokken is geweest bij het bewuste telefoongesprek, is geen sprake van een verwijtbare gedraging. Klachtonderdeel 2 (Ongegrond) Als de erfgenamen een andere rente hadden willen afspreken, dan lag het initiatief bij moeder omdat zij als langstlevende echtgenoot de verschuldigde erfbelasting met betrekking tot de nalatenschap van vader diende te voldoen. Daarnaast is klaagster correct geïnformeerd over de mogelijkheden middels de informatiekaart. Klachtonderdelen 3, 6, 9 en 15 (Ongegrond) De vraag gaat hier of de notaris in de gegeven omstandigheden voldoende zorgvuldigheid heeft betracht bij de beoordeling van de wilsbekwaamheid van moeder. De notaris moet wel aanleiding hebben op te twijfelen aan de geestesgesteldheid. Verder zijn er een aantal stappenplannen die gebruikt kunnen worden, maar deze dienen niet als richtlijn waardoor de notaris zelf kan beslissen hier al dan niet gebruik van te maken. De notaris heeft aangevoerd niets te hebben gemerkt van lichamelijke dan wel psychische klachten van moeder. In de twee besprekingen is de wilsbekwaamheid van moeder onderzocht. Wegens de geheimhoudingsplicht kan de notaris die aantekeningen niet overleggen. Ook heeft de notaris eerst een concept aan moeder gestuurd en deze vervolgens uitvoerig besproken. Het is niet gebleken dat de notaris tot een andere conclusie had moeten komen met betrekking tot de bekwaamheid van moeder. Het hoefde bij de notaris niet bekend te zijn of moeder al dan niet in het bezit was van een van auto, fiets en/of gereedschap. Het feit dat mevrouw X geen bekende was van moeder is geen reden voor de notaris om te twijfelen aan de wil van moeder. Klachtonderdelen 4, 5, 7 en 17 (Ongegrond) Communicatie tussen klaagster en (de medewerkster) van de notaris heeft vaak schriftelijk plaatsgevonden. Klaagster heeft dit als bedreigend en intimiderend ervaren en heeft daarom een advocaat ingeschakeld. De kamer vindt niet dat uit de stukken blijkt dat sprake zou zijn van bedreiging en intimidatie. Het gaat niet om klachtwaardig handelen, nu slechts erg zakelijk maar wel correct is gecommuniceerd. Klachtonderdelen 8 en 16 (Ongegrond) De advocaat van klaagster heeft verzocht om een toelichting rondom het tot stand komen van het testament. De kamer sluit zich bij klaagster aan dat de reactie van de notaris te summier is. Het verwijt is terecht, maar is niet van zodanige aard dat sprake is van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Later is nog een uitgebreidere toelichting gegeven. Ook kan de notaris is het kader van de geheimhoudingsplicht niet alle vragen beantwoorden. Klachtonderdelen 10, 11, 12, 13 en 14 (Ongegrond) De notaris in de hoedanigheid als executeur heeft als taak de nalatenschap te beheren en de schulden uit de nalatenschap te voldoen. De klaagster en de notaris was niet meer open, waardoor in de communicatie oneffenheden zijn ontstaan. Niet is gebleken dat de notaris buiten haar bevoegdheden en plichten als executeur is getreden dan wel niet integer zou hebben gehandeld. De notaris heeft erkend per abuis de onjuiste waarde te hebben opgenomen. Het verwijt van klaagster is terecht. Naar het oordeel van de kamer is geen sprake van tuchtrechtelijke verwijtbaarheid, omdat de notaris op verzoek van klaagster de waarde direct heeft gecorrigeerd. Verder is het niet ongebruikelijk om te vragen om een boedelvolmacht. Daarnaast heeft de notaris afspraken gemaakt over het verblijf van het hondje in een dierenpension. De kosten hiervoor worden verwerkt in de nalatenschap. De executeur is bevoegd en dan zijn de erfgenamen onbevoegd om op te treden. Alle klachtonderdelen worden ongegrond verklaard. Klik hier voor de volledige uitspraak.
Klachtonderdeel 1 In het vonnis van de rechtbank zijn de handelingen met betrekking tot het vestigen van het recht van hypotheek en pand vernietigd. De notaris heeft medewerking verleend aan het vestigen van dit recht. De notaris heeft onbetwist verklaard dat hij geen bemoeienis heeft gehad met het opstellen en verlenen van de akte. De akte is opgesteld door en verleden voor de waarnemer van de notaris. De kamer is van mening dat de handelingen van een waarnemend notaris in beginsel niet onder de verantwoordelijkheid valt van de waargenomen notaris. Dit kan anders zijn, maar daar is hier geen sprake zijn omdat de notaris geen bemoeienis heeft gehad. De notaris kan geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt: de klacht is ongegrond nu deze niet is gericht tegen de waarnemer van de notaris. Klachtonderdeel 2 Dit onderdeel ziet erop dat klagers verwijten dat de aansprakelijkheidsverzekering te laat is ingeschakeld en stukken te laat zijn overhandigd. De kamer overweegt de klacht. Daarop wijst zij klager erop dat de claim van klagers binnen 4 maanden is afgehandeld, wat te beschouwen is al een redelijke termijn. Het verzamelen van informatie duurde een tijdje in verband met een vakantieperiode. Ook gezien de gezondheidstoestand van de notaris heeft de zaak wellicht enige vertraging opgelopen. Toch is geen sprake van een dusdanig late reactie dat dit tuchtrechtelijk verwijtbaar is. Dit onderdeel wordt ongegrond verklaard. Klagers hebben op de zitting verzocht op de notaris en de verzekeraar een termijn te stellen van maximaal vier weken waarin de schade op een acceptabele manier wordt afgehandeld. Klagers hebben hun klacht hiermee uitgebreid. Dit is in strijd met de goede procesorde, omdat de notaris daar niet behoorlijk op heeft kunnen reageren. Ook is in een dergelijke procedure geen plaats voor een termijnstelling. Dit onderdeel wordt niet-ontvankelijk verklaard.