Uitspraak: Zorgplicht, briefpapier en beleggersbedrog: RegioBank en adviseur aansprakelijk voor vastgoedfraude

De Rechtbank Midden-Nederland heeft op 19 maart 2025 (ECLI:NL:RBMNE:2025:1093) een helder signaal afgegeven: banken blijven verantwoordelijk voor het handelen van hun lokale tussenpersonen – zeker wanneer zij optreden onder het logo en briefpapier van de bank.

In deze zaak stonden meerdere Duitse beleggers en een Stichting tegenover RegioBank en een lokale tussenpersoon ([gedaagde sub 2]). De beleggers dachten te investeren in veilige bankproducten. In werkelijkheid belandde hun geld in het vastgoed van het failliete Harbi Vastgoed B.V. De rechtbank wees hun vorderingen grotendeels toe. Zowel de tussenpersoon als RegioBank zijn aansprakelijk voor de geleden schade.



Hoe zat het precies?

Via een financieel adviseur verbonden aan RegioBank – die opereerde onder het logo en op het briefpapier van de bank – sloten beleggers zogenoemde Dividendverträge af. De verwachting: een betrouwbaar spaarproduct. De realiteit: hun geld verdween in risicovolle vastgoedprojecten van Harbi Vastgoed, dat uiteindelijk failliet ging.

De rechtbank kwalificeerde dit als:

  • toerekenbare tekortkoming (wanprestatie) van de adviseur jegens de beleggers;
  • hulppersoonaansprakelijkheid van RegioBank ex artikel 6:76 BW;
  • en – na 19 januari 2010 – ook een eigen, zelfstandige zorgplichtschending van RegioBank.

Waarom is dit vonnis juridisch interessant?

De uitspraak belicht meerdere kernpunten uit het verbintenissenrecht:

1. Toerekening van gedragingen van de bestuurder aan de vennootschap

De adviseur, een lokale tussenpersoon, werd bestuurd door de inmiddels overleden [B] sr., die:

  • Dividendverträge afsloot met beleggers;
  • deze presenteerde op briefpapier van RegioBank;
  • zich voordeed als ‘Direktor’ van “SNS Regio Bank [vestigingsplaats]”;
  • beleggers vertelde dat het ging om een spaarproduct met garantie.

De rechtbank rekent al zijn handelingen toe aan de tussenpersoon ([gedaagde sub 2]), ook ná zijn aftreden als bestuurder, omdat hij feitelijk gewoon doorging met zijn activiteiten in het bankkantoor.

2. Zorgplichtschending door een financieel adviseur

De tussenpersoon had een adviesrelatie met de beleggers, juridisch een overeenkomst van opdracht (art. 7:400 BW). De zorgplicht die daarbij hoort (art. 7:401 BW), werd volgens de rechtbank ernstig geschonden. Beleggers werden onvoldoende geïnformeerd over de risico’s of het feit dat zij in vastgoed investeerden in plaats van spaarden.

Zelfs waar contracten op briefpapier van Harbi stonden, rekende de rechtbank het handelen van [B] sr. toe aan de tussenpersoon – ook hier werd de zorgplicht geschonden.


RegioBank blijft niet buiten schot

De rechtbank oordeelde dat RegioBank:

Aansprakelijk is voor haar hulppersoon

De tussenpersoon handelde onder de vlag van RegioBank. Beleggers konden aannemen dat zij zaken deden met RegioBank. Ook als de tussenpersoon zijn mandaat overschreed door het verkopen van een niet-gereguleerd product, ligt de verantwoordelijkheid bij de bank.

Zélf haar zorgplicht heeft geschonden

Vanaf 19 januari 2010 wist RegioBank dat er iets mis was: zij had een contract onder ogen gekregen dat ten onrechte op haar briefpapier was gedrukt. Tijdens een overleg met de adviseur en [B] sr. werd duidelijk dat beleggers investeerden in Harbi, en niet in een bankproduct.

Wat ging er mis bij RegioBank:

  • Ze liet het ‘onderzoek’ over aan de accountant van Harbi (!), zonder eigen controle of verificatie.
  • Ze eiste dat [B] sr. zou aftreden, maar controleerde nooit of dat echt gebeurde.
  • Ze verzuimde om de beleggers zélf te informeren, terwijl zij daartoe bevoegd was.
  • Ze vertrouwde blind op de verklaringen van een advocaat van Harbi, zonder verificatie.

De rechtbank: “RegioBank heeft nagelaten wat van een integere bankorganisatie mag worden verwacht.”


De uitkomst: RegioBank en de tussenpersoon aansprakelijk

De rechtbank verklaarde voor recht:

  • Dat de tussenpersoon zijn contractuele zorgplicht heeft geschonden;
  • Dat RegioBank aansprakelijk is voor diens handelen;
  • Dat RegioBank zelf haar zorgplicht schond vanaf 19 januari 2010, zowel contractueel (bij eigen klanten) als buitencontractueel (bij andere beleggers);
  • Dat zij hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade van de individuele beleggers.

De omvang van de schade wordt in een vervolgprocedure behandeld. Daarnaast werden RegioBank en de tussenpersoon hoofdelijk veroordeeld tot:

  • € 2.907,74 aan proceskosten;
  • € 925 aan buitengerechtelijke kosten;
  • wettelijke rente en nakosten.

Wat betekent dit voor de praktijk?

Deze uitspraak laat zien dat de reikwijdte van zorgplichten voor banken en tussenpersonen groot is. Enkele belangrijke lessen:

  • Briefpapier en logo’s scheppen gerechtvaardigd vertrouwen. Banken blijven verantwoordelijk als zij hun naam en identiteit ‘uitlenen’.
  • Zorgplicht geldt ook voor derden. Niet alleen klanten, maar ook andere beleggers mogen rekenen op bescherming.
  • Signalen van fraude? Dan móet er ingegrepen worden. Een melding bij de AFM is niet voldoende.

Bij Zorgplicht Advocaten weten wij wat u nodig hebt

Deze zaak raakt aan de kern van ons werk: het verdedigen van cliënten bij geschillen rond beleggingen, zorgplicht en financiële aansprakelijkheid. Wij staan zowel banken, financiële dienstverleners als gedupeerde beleggers bij.

Neem contact op met Zorgplicht Advocaten. Wij zorgen dat uw juridische positie ijzersterk staat – proactief, strategisch en met oog voor reputatie.

Joost Papeveld

Wij staan voor u klaar

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant
Neem contact op Laat ons u bellen
Rob Silvertand

Wij helpen u graag

  • Tegen (financiële) dienstverleners
  • 20+ jaar ervaring
  • Eerlijk en transparant