Consumenten stellen dat adviseur hen onvoldoende heeft geïnformeerd

De consumenten hebben een klacht ingediend tegen hun adviseur, die hen in juli 2022 adviseerde over een hypothecaire lening voor een verbouwing in Spanje. Zij stellen dat de adviseur hen onvoldoende heeft geïnformeerd over mogelijke extra financiering en de maximale leenlimiet.

Hypothecaire geldlening

De consumenten hebben in juli 2022 de adviseur ingeschakeld voor advies en bemiddeling bij het verkrijgen van een hypothecaire geldlening. In september 2022 hebben de consumenten op advies van de adviseur een (aflossingsvrije) hypothecaire geldlening voor consumptieve bestedingen bij [geldverstrekker 1] ter hoogte van € 150.000, – tegen een rente van 3,61% met een rentevaste periode van 10 jaar afgesloten.

Circa een maand na het afsluiten van de hypothecaire geldlening bij [geldverstrekker 1] hebben de consumenten zich opnieuw tot de adviseur gewend omdat zij extra financiering nodig hadden. In dit tweede adviestraject heeft de adviseur in eerste instantie een aanvraag gedaan voor een verhoging van de hypothecaire geldlening bij [geldverstrekker 1]. Vervolgens bleek dat een verhoging van de hypothecaire geldlening bij [geldverstrekker 1] voor de consumenten niet mogelijk was, zij konden volgens de acceptatievoorwaarden namelijk maar maximaal € 150.000, – lenen voor consumptieve bestedingen. Op advies van de adviseur hebben de consumenten vervolgens de hypothecaire geldlening overgesloten naar [geldverstrekker II]. De consumenten hebben een hypothecaire geldlening bij [geldverstrekker II] afgesloten ter hoogte van € 219.000, – tegen een rente van 4,51% met een rentevaste periode van 10 jaar.

Klacht: onvoldoende geïnformeerd

De consumenten menen dat de adviseur is tekortgeschoten in zijn dienstverlening. De consumenten stellen dat zij in het eerste adviestraject bij de adviseur aangaven dat zij een hypothecaire geldlening wilden afsluiten voor een grote verbouwing van een villa in Spanje. Aangezien verbouwingen vaak duurder uitvallen dan vooraf begroot en de consumenten onzeker waren over de kosten, had de adviseur moeten anticiperen op de mogelijkheid dat extra financiering later nodig zou zijn. De consumenten hadden aangegeven een lening van €100.000 tot €150.000 te willen, en kozen uiteindelijk voor €150.000. De adviseur had hen moeten wijzen op de optie om de hypotheek verhoogd in te schrijven en op de maximale leenlimiet van €150.000 bij [geldverstrekker 1] voor consumptieve bestedingen. Door dit niet te doen, stelde de adviseur de consumenten niet in staat om goed geïnformeerde beslissingen te nemen.

Indien de consumenten in het eerste adviestraject ervoor hadden gekozen om een hypothecaire geldlening bij [geldverstrekker II] af te sluiten en de hypotheek verhoogd was ingeschreven, dan had dat advieskosten en notariskosten in verband met het tweede adviestraject bespaard. De consumenten vorderen vergoeding van deze advieskosten en notariskosten. Daarnaast vorderen zij het verschil in rentelasten tussen de hypothecaire geldlening bij [geldverstrekker I] en de hypothecaire geldlening bij [geldverstrekker II].

Juridisch kader

Het geschil komt neer op de vraag of de adviseur in het eerste adviestraject de mogelijkheid dat de consumenten later extra financiering nodig zouden hebben in zijn advies had moeten betrekken.

Voor de beoordeling van de klacht is van belang dat een overeenkomst van opdracht tot stand is gekomen tussen de consumenten en de adviseur. De adviseur is bij de uitvoering van zijn opdracht gehouden om de zorg van een goed opdrachtnemer in acht te nemen. Dat betekent dat hij bij de uitvoering van zijn opdracht de zorgvuldigheid moet betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot mag worden verwacht. Als uitgangspunt geldt dat van een redelijk bekwaam en redelijk handelend adviseur mag worden verwacht dat hij beschikt over de nodige deskundigheid en vakkennis, dat hij de financiële belangen van zijn cliënten naar beste weten en kunnen behartigt en dat hij zorgvuldigheid betracht in de advisering van zijn cliënten. De adviseur is daarbij gehouden informatie in te winnen bij de consumenten omtrent hun kennis en ervaring, wensen, doelen, risicobereidheid en mogelijkheden teneinde zich ervan te verzekeren dat de door hem te verstrekken adviezen passend zijn gelet op de wensen en mogelijkheden van de consumenten.

Beoordeling

De consumenten beweren dat zij in het eerste adviestraject aangaven een hypothecaire lening te willen voor de verbouwing van hun villa in Spanje. De adviseur ontkent dit en stelt dat er alleen is gesproken over financiële armslag, inrichting van de woning, en hulp aan de kinderen, zoals vastgelegd in het adviesrapport. De commissie stelt dat er geen ander bewijs is voor de stelling van de consumenten behalve hun eigen verklaring. Hoewel het adviesrapport melding maakt van het huis verbouwen en consumptieve bestedingen betoogt de adviseur dat dit een standaardkopje is en dat de toelichting geen verbouwing als doel vermeldt. De commissie concludeert dat de consumenten niet hebben aangetoond dat de verbouwing als bestedingsdoel was besproken.

Verder stellen de consumenten dat hun onzekerheid over de kosten van de verbouwing aanleiding had moeten zijn voor de adviseur om rekening te houden met mogelijke extra financiering. De commissie volgt dit niet, omdat de consumenten uiteindelijk kozen voor een lening van €150.000, het hoogste bedrag binnen de door hen aangegeven bandbreedte. Daarom was er geen reden voor de adviseur om aan te nemen dat later een verhoging nodig zou zijn. De commissie oordeelt dat de adviseur geen aanleiding had om extra financiering in het eerste advies te betrekken.

De conclusie is dat de adviseur zijn zorgplicht niet geschonden heeft. De klacht is ongegrond. De vordering van de consumenten wordt afgewezen.

Klik hier voor de volledige uitspraak van de Geschillencommissie Kifid.

Zorgplicht Advocaten

Heeft u schade geleden als gevolg van de schending van de zorgplicht van uw financieel adviseur? Neem dan vrijblijvend contact met ons op.